donderdag 8 april 2010

Skylge myn lantse

Een week later. Ik ben volledig ge(ei)land. Ik zit nu op het kleine binnenplaatsje achter het huis van mijn ouders. De zon schijnt. Een hond blaft in de verte. Blauwe druifjes bloeien.

Het is mijn eerste vrije dag na zes dagen lesgeven. Die lessen hebben ervoor gezorgd dat ik echt op dit eiland ben geland.

Met de cursus "Woorden jutten aan zee" waren met we met de groep naar het Middeleeuwse kerkje in Hoorn gegaan. Op de omringende begraafplaats staan graven met tekeningen van het eiland erop en teksten als 'Schylge myn lantse'. De doden refereren naar hun eiland, als ware het hun heiland.
Het ontroerde mij. De plek waar deze mensen hadden geleefd was niet alleen maar locatie. Geen dode grond. Zij waren onderdeel van het eiland. Wortels in de grond.

Tijdens de workshop aan de 'Vrouwen van Nu' een paar dagen later beging ik de fout om ze de opdracht te geven om over het verhaal achter hun naam te schrijven. De Trijntjes en Neekes bleken banden te hebben met Trijntjes en Neekes van eeuwen terug. Als ik het niet op tijd had afgekapt, hadden ze daar de hele avond over door kunnen praten. Wortels in de tijd.

Gisteren gaf ik les aan de dichtclub. Zij zijn al meer dan twintig jaar bij elkaar. En dat voel je. De woonkamer in de boerderij van 1939 midden in de weilanden, voelde als een veilige haven waar oprechte gedichten geboren konden worden.
Dat zijn ook wortels. Het is geen vluchtige verband deze groep. De leden vormen een echte cirkel.

Ik was even vergeten hoe dat voelt. Om te voelen hoe verbonden je kan zijn. Met je grond, met je verleden, met de mensen om je heen. Hier op Terschelling kan je nergens anders zijn dan op Terschelling. Al mijn schrijfoefeningen waren dan ook doordrenkt van het eilandgevoel. Ik schreef met diepzeekaarten en over gejutte voorwerpen.
En Terschelling bemoeide zich met alle teksten. Schrijven op dit eiland is anders dan schrijven in de stad. Elk geschreven woord was doordrenkt van het zoute water dat ons hier omringt.

1 opmerking:

  1. Wat een prachtige zin: 'hier op Terschelling kan je nergens anders zijn dan op Terschelling'. Zeer herkenbaar. Ik ben eenmaal per jaar nergens anders dan daar en dat is de week van bijtanken zoals dat nergens anders kan. Zie ook: http://www.roely.nl/dondersteen/?p=1306

    BeantwoordenVerwijderen