maandag 18 april 2011

Reportage over Saraswati en Wonder-word



In deze reportage van omroep-OHM vertel ik over de Indiase godin Saraswati, over de schrijfflow, mijn boek 'Weduwes worden niet verliefd' en zie je beelden van het laatste schrijfcafe. (begint op 3,31 min)
De reportage is gemaakt door Petra Maartense.

Saraswati is de godin van de kunsten en de wetenschap. Saras betekent: 'flow'. Wati betekent: zij die heeft. Saraswati- 'Zij die de flow heeft.'

De reportage is gemaakt in het kader van Navratri - een Hindoeistisch festival waarbij mata, de oermoeder, centraal staat. Saraswati is een van de vele gezichten van deze vrouwelijke, goddelijke energie.

donderdag 7 april 2011

Back to the Uithof

Tegenwoordig heb ik een atelier op de Uithof. Ik kijk uit over het hoge gebouw van de Universiteit Utrecht waar ik zo'n 12 jaar geleden gillend ben weggerend. Elke dag vind ik het weer verrassend dat ik juist op dit terrein mijn schrijfkunsten beoefen. En dan staar ik naar buslijn 11 die elke dag vol studenten voorbij rijdt en mijmer ik over de reis die ik heb gemaakt. Van mijn hoofd naar mijn hart en weer terug.

Mijn studie-mentor op de middelbare school had zijn best gedaan om mij op de universiteit te krijgen. Hij kreeg rode vlekken in zijn nek toen ik hem vertelde dat ik eerst een jaar wilde zeilen als matroos om vervolgens met mijn verdiende loon de wereld op land te verkennen.

'Als je niet meteen begint met studeren, raak je uit het leerritme en kom je er waarschijnlijk nooit meer in,' waarschuwde hij. 'Je kan beter in een keer door gaan, want van uitstel komt afstel.'

Deze redenering volgde ik niet. Want ik wist zeker dat ik zou gaan studeren. Ik was namelijk gek op leren. Mijn eindexamen leerde ik in het ruime ruim van ons schip en daar legde ik zorgvuldig op alle zes de tafels mijn studieboeken. Zo schoof ik van tafel naar tafel, van vak naar vak. Na een hele dag natuurkunde, aardrijkskunde en engels, was mijn hoofd nog steeds niet vol. 's Avonds in mijn kooi las ik de oude zenboeken van mijn vader, die ik niet begreep, maar die een onbedwingbare aantrekkingskracht op me hadden. Mijn mentor vond studeren iets waar je 'uit kon raken'; daar kon ik mij niets bij voorstellen.

Na mijn reis door het Caribisch gebied en India besloot ik Sociale Geografie te studeren. Vol goede moed en en een gezonde portie nieuwsgierigheid stapte ik dat hoge gebouw in, waar ik nu op uit kijk.

Na anderhalf jaar rende ik er overspannen en gedesillusioneerd weer uit. Ik had veel, heel veel, gelezen. Maar niets geleerd. De universiteit was een middelbare school in het kwadraat. Het was blokken, blokken, blokken. En dat kan ik goed. Te goed.

Na mijn propedeuse jaar zat ik helemaal vast in mijn hoofd. Mijn hoofd zat zo vol met kennis, dat het er allen nog maar als tranen uit kon komen. Van mijn creativiteit werd weinig gevraagd. Ik hoefde alleen maar te herhalen wat anderen gezegd en bedacht hadden. Maar daarvoor zat ik toch niet in die hoge toren der wijsheid? Klopte het dan toch wat mijn mentor had gezegd, was ik uit het leerritme? Had ik nooit de wereldzee op moeten gaan om mijn hoofd leeg te laten waaien? Al die woorden en theorieën pasten er niet meer in.

Ik stopte met mijn studie en bezocht kloosters in India, Nepal, Tibet. Ik oefende mezelf er in om mijn hoofd leeg te maken, niet nog voller. Ik deed praktische opleidingen, de zeevaartschool en journalistiek. Werkte met mijn handen. Ging schrijven. Zocht naar de vervulling die ik in de wetenschap (in mijn hoofd) niet kon vinden.

En nu, 12 jaar later, run ik mijn kleine bedrijf in woorden. Op diezelfde Uithof.

Het doet iets met mij. Dit uitzicht op die vierkante grijze panden. Het maakt van mijn atelier een kantoor. Sinds ik hier werk, denk ik weer. Dat heb ik sinds de middelbare school en die paar jaren universiteit niet meer echt gedaan. Boeken liggen op mijn tafels, ik schuif van mindfulness-studieboek naar wetenschappelijk artikel over de hersenen. Peins aan de hand van de Writer's Journey over de beste structuur voor mijn boek. Voel me soms meer een wetenschapper dan een kunstenaar.

Maar deze keer is het anders dan school. Ik kom niet meer vast te zitten in dat hoofd. Want ik weet dat ik ook twee handen, voeten en een hart heb. En dat er een wereld buiten de Universiteit bestaat.

Een paar weken terug fietste ik van een studentenhuis in Zuilen, waar ik een creatieve schrijfworkshop had gegeven, terug naar mijn kantoor. Ik voelde me tevreden met mijn werk. Blij dat ik die overvolle hoofden van die studenten met wat hartelijke, creatieve wijsheid kon voeden.

En toen, opeens, vlogen er laserstralen in zeven kleuren door de nachtelijke hemel. Ze kwamen uit die vervloekte kennisflat. In een rechte lijn liepen ze over mijn hoofd en achter mij zag ik ze landen op de Dom, in het hart van de stad.

Het is een prachtige metafoor voor mijn schrijven. Deze regenboog tussen de Uithof en de Dom. De taal is de laserstraal tussen mijn hoofd en mijn hart.

Pas nu, nu ik weet dat ik naast mijn hoofd ook een hart heb, kan ik werkelijk met mijn intellect aan de slag. Intelligentie huist namelijk niet alleen in het hoofd. Daar wordt ze dor. Maar als je de verbinding maakt tussen kennis en gevoel, tussen boeken en de wereld, dan ontstaat creativiteit.

Hier in mijn atelier op de Uithof leer ik te zien dat wetenschap een vorm van kunst is en dat het leer- en denkproces om creativiteit vraagt. Ik ben inderdaad uit het schoolse leerritme geraakt. Maar in een nieuw leerritme. En daarbij is niet mijn middelbare schoolmentor mijn gids, maar mijn pen.

Nieuwe schrijflessen

Nieuw op Boekschrijven.nl - blog:

- Een blog over de hersenpan van de schrijver waarin ik twee wetenschappelijke studies aanhaal die bewijzen dat zowel meditatie als schrijven een positief effect op het functioneren van onze hersenen heeft.

En op boekschrijven.nl - radio:

- Een schrijfles over autobiografische elementen in je verhaal.

- Een schrijfles over de interne criticus.