donderdag 21 oktober 2010

Land van Maas en Waal

Op dit moment zit in het Clarissenklooster in Megen. Ik vul mijn dagen met schrijven, zingen, wandelen. Om 6 uur sta ik met de zusters op. Zij jubelen hun psalmen in de kerk, ik doe mijn ochtendpagina's bij een kaarsje in mijn kleine kamer.

We ontbijten in stilte in de refter. Op kerkbanken. Een broodje met kaas. En een appeltje van de boomgaard. Ieder wast zijn eigen bordje af. De ochtendzon schijnt in mijn gezicht. Ik mompel het 'onze vader' mee - dat ik eigenlijk niet ken.

Geef ons heden ons dagelijks brood

De ochtend is schrijftijd. Tikkend bidden. Biddend tikken. Een verhaal dat uit mijn vingers rolt, alsof door hogere machten gezonden. Ik snap in ieder geval net zo weinig van mijn eigen woorden, als van de ouderwetse liederen in de kerk. Maar dat is prima. Het is herfst. Woorden mogen vallen zoals ze vallen.

Na de lunch (gekookte aardappelen, met gekookte wortelen en gekookte vis :) wandel ik langs de Maas. De contrasten zijn spectaculair. Donkerblauwe donder wolken, waaruit zonnestralen naar beneden vallen. Hel oplichtende groene uiterwaarden, vlammende gele bomen langs de oever van de bruine Maas.

'Onze vader, Uw koninkrijk kome, Uw wil geschiede, gelijk in de hemel, alzo ook op de aarde.'

Ik ben al twee keer nat geregend. De eerste keer was ik nat en chagerijnig tot op mijn ondergoed. De tweede keer dacht ik: maar DIT is de herfst!

De wind striemde in mijn gezicht, de bladeren vlogen door de lucht, een paard rende door de wei. Alle kleuren liepen door elkaar heen. De donkerblauwe hemel liep leeg op de groen gele weilanden. Een lied komt op.

Achter de blauwe heuvels, in de groene zon
speelt het blikken harmonie- orkest in een grote regenton
(....)
En we praten en we zingen en we lachen allemaal
Want daar achter de hoge bergen ligt het land van Maas en Waal


Keihard zing ik dit lied dat ik nooit echt begrepen heb, maar nu laat het zich zelf zien. En horen. De hagel trommelt als een blikken harmonie -orkest.

"Ik loop gearmd met een kater,
en daarachter twee konijnen met een trechter op hun kop."


Marcheren, zingen, ik leid een circusstoet over de dijk, door de regen. Even niet jubelen met dames in bruine pijen, onder zwarte kappen. Maar met katers, konijnen en paarden stampen in de plassen.

En baf, daar is de zon weer.
"Het leed is geleden, de horizon schijnt."

Het had zo in de psalmen van de zusters gepast.






maandag 11 oktober 2010

HOWL into the HERFST

Gisteren heb ik tijdens het Boedhistisch Filmfestival HOWL gezien - een film over het gelijknamige gedicht van Allen Ginsberg. Een hallucinerende en poetische combinatie van animatie, speelfilm en documentaire.

Een moderne, kleurrijke, snelle en zeer tot de verbeeldingsprekende animatie van zijn vijf pagina lange gedicht. Een gedicht waar ik al lezend bijna niet doorkwam, maar die door de animatie tot leven kwam.

Het was ook een speelfilm over het roerige liefdesleven van de homoseksuele Allen en over de rechtzaak tegen zijn gedicht. Ginsberg gebruikte, voor de Amerikaanse jaren vijftig, shockerende taal en schreef in een vernieuwend rimte; hij maakte de zinnen net zo lang als zijn uitademing.

Who let themselves be fucked in the ass by saintly
motorcyclists and screamed with joy
who blew and were blown by those human seraphim,
the sailors, caressses of Atlantic and Caribbean love


De aanklager vraagt zich continu af of deze obscene woorden nu echt nodig zijn. Ja, zegt Allen, in een echt interview, dat door de film heen geweven zit. Hij ligt op zijn bloemetjesbank, drinkt thee, rookt, wrijft over zijn baard en zegt:

'Literatuur staat niet los van jezelf. Literair schrijven is niet het schrijven in een andere taal, als een ander mens. Schrijven is jezelf zijn. Door te schrijven in de taal waarin je spreekt, door te schrijven over de onderwerpen waarover je met je vrienden praat.'

De film zit vol schrijverscitaten die ik met alle macht probeerde te onthouden.

'Poetry is the rhythmic articulation of feeling'

En nog meer, vrij vertaald in mijn eigen woorden:

'Ik ben gedurende mijn schrijfcarriere maar twee of drie keer in controle geweest. De rest van de tijd hak ik een beetje in het hout op zoek naar een vorm.'

'Schrijven is als een meditatie - je moet er helemaal in opgaan.
Als je even door New York loopt, dan zie je gebouwen. Als je dat de hele dag doet, dan moet je er bijna van huilen. Zo is het ook met schrijven - je moet het veel doen, dan krijg je er gevoel voor. Je moet er in ronddwalen.'

Na afloop wilde ik huilen naar de herfstige nachthemel. HOOOWWWWLLLL - eindelijk weer eens een schrijver aan het woord.

http://howlthemovie.com/film/
Nog niet in Nederland. Hopelijk snel.

donderdag 7 oktober 2010

Herfst haiku

'Bart, wat voor soort boom staat er eigenlijk achter ons huis?'
'Een linde,'zegt mijn huisgenoot.
'Shit,' zeg ik. 'Dat is een lettergreep te veel. Ik dacht dat het een es was.'

Ik ben vanochtend aan een haiku begonnen. Maar de derde regel, die uit vijf lettergrepen moet bestaan -'de es licht geel op'- klopt nu niet meer. In een haiku mag je niet liegen, en ook niet fantaseren. Een linde is een linde.

Tussen al mijn herfstige activiteiten van de dag door - ik poets, ik ruim op, ik zet de ramen open- sleutel ik aan die drie zinnen, die 17 lettergrepen.

Ik poets de douche. En loop terug naar mijn tafeltje. Es weg, linde erin. Strepen, draaien. Alles moet nu anders. Dit heeft grote gevolgen. Tafel opruimen. In mijn hoofd tellen. 5-7-5. Woorden die op hun plek vallen. Een eerste resultaat:

De grijze zon schijnt
door de lage ochtendmist en
licht de linde op


Ik breng het oud papier weg. Iets zit me dwars. Ook al bevallen de i-klanken en het ritme van de eerste haiku me, ik mis het oranje licht. Dus terug naar mijn kleine tafeltje aan het raam.

Enkel de linde
licht op - boven ochtendmist -
in oranje blad


Zo herfst ik de dag door.

maandag 4 oktober 2010

Oktober-thema: herfst

Oktober. Een maand vol herfst. Ook mijn nieuwe atelier is vol van herfst. Door die ene boom voor mijn raam. De blaadjes, waar de zon doorheen schijnt, worden elke dag geler. Hun schaduwen dansen op mijn pasgeverfde lichtgele muren. Op de blauwe muur zie ik de schaduwen van mijn nieuwe vitrages. Wapperen.

De wind waait door het open raam naar binnen. En neemt de geur van natte aarde mee. Ze waait alle steriele nieuwigheid weg: het stof van dit pand in verbouwing, de geur van latex en beton. De herfst kruipt in de muren en in mijn woorden. Ik kan er niet omheen. Welkom westenwind.